Noodverordening onwettig

Laatste verbetering 25 september 2021

De wetgeving en handhaving rond de noodverordening gaan op vele punten fout; hoe langer je leest hoe meer je vindt. Daarom geeft deze pagina geen volledig beeld en is hij niet definitief. Hij is geschreven 1-20 mei. [alle datums 2020]

De regering beseft dat de paperclip-noodwetjes ondeugdelijk zijn -alles wat op deze pagina staat weten zij- en werkt nu aan een nieuwe wet volgens een spoedprocedure. We gaan dan zien of het parlement het afstand houden bij voorbeeld in een wet wil zetten, terwijl de epidemie echt voorbij is.

[30-10 Die wet is door beide Kamers goedgekeurd. Een goede analyse is
Spoedwet betekent einde van de rechtsstaat – Wet normaliseert noodtoestand
Door mr. Jeroen Pols]

Gemeente.nu op 27 april zag liever dat de minister in het geheim aan die nieuwe wet werkt ?

Het uitlekken van de spoedwet is alleen iets minder gelukkig. Handhavers hadden de afgelopen dagen al hun handen vol aan uitzwermende Nederlanders. Het nieuws dat het huidige bonnenboekje min of meer in de prullenmand kan, zal het gezag er niet direct groter op maken.

Stand van zaken 1 juni

NRC gaf in een streng commentaar de beboete burger de raad „ga in verzet”.

Op coronaboete.nu een goed overzicht van de situatie

We zien dat dat duizenden burgers op onduidelijke gronden een ‘coronaboete’ opgelegd hebben gekregen. Er gaan vooralsnog echter weinig mensen in bezwaar of verzet*. Het lijkt erop dat nu alleen de mondige of (financieel) draagkrachtige burgers de mogelijkheid kunnen benutten om () in verzet te gaan ().

Het lijkt er sterk op dat vooral zwakkere en minder mondige burgers ten onrechte hun een boete () betalen én ook nog eens aantekening op hun Justitiële Documentatie (strafblad) krijgen. Op deze wijze staat de rechtsstaat ernstig onder druk. Wij doen daarom een oproep aan het kabinet om alle boetes te seponeren en bieden iedereen een laagdrempelige mogelijkheid om in verzet te gaan**.

Klik ook op Steun onze oproep.

*Op 11 mei was 70 keer verzet ingesteld tegen de 7400 strafbeschikkingen, zegt het OM.

In het begin werd 60% van de pv’s teruggestuurd naar de verbalisant met het advies het proces-verbaal aan te vullen, nu is dat 40%. Beide waarden geven aan hoe deugdelijk de handhaving werkt.

** Voor 13 euro ontvang je een handleiding voor het opstellen van een verzetschrift.

Samenvatting van de gebreken

(nummers staan achter de koppen)

  1. De maatregelen (iedereen in quarantaine) druisen in tegen de bedoeling van de WPG (zieken in quarantaine)
  2. De Wet veiligheidsregio’s is voor rampenbestrijding en wordt oneigenlijk gebruikt;
  3. ‘Noodverordening’ komt niet in de wetten voor;
  4. De VR krijgt een bevoegdheid uit de Gemeentewet (bevelen geven) die niet bij de situatie past;
  5. De VR had geen bevoegdheid tot sancties, en kreeg dat middels een spoedwetje;
  6. De VR heeft geen bezwaarcommissie, daarom krijgen de burgemeesters een mandaat om last onder bestuursdwang toe te passen;
  7. De noodverordening bevat bestuursrecht en strafrecht;
  8. Gemeentelijke maatregelen zijn illegaal;
  9. De maatregelen gaan in tegen allerlei principes:
    • niet proportioneel
    • schending van mensenrechten
    • gebaseerd op wankele kennis/wetenschap
    • genomen zonder consultatie en afweging van belangen
    • schending legaliteitsbeginsel: elke overheidshandeling dient te berusten op wettelijke grondslag – zie 2 t/m 7.

De wettelijke grondslag blijkt uiterst wankel. De regering telt listig een paar bestaande wetten en bevoegdheden bij elkaar op. Dat ziet er zo uit

WPG: de minister leidt de bestrijding en kan opdrachten geven aan de voorzitters van de veiligheidsregio.
+ Wet Veiligheidsregio: de VR krijgt bevoegdheden die de burgemeester heeft, oa noodverordening maken.


= De minister kan via de veiligheidsregio’s noodverordeningen opleggen.
+ WvStrafrecht: een voorschrift van de politie overtreden is strafbaar.


= Het overtreden van de maatregelen is strafbaar.

Deze optelling is ongehoord en daarom is er geen grond voor sancties.

Het pakket draconische maatregelen, waar iedereen mee te maken krijgt, berust op drijfzand.

De gemeente, de politie en andere gezagsdragers mogen uitsluitend optreden op basis van geldig recht. Dat is de essentie van de rechtstaat.

Nota bene: drijfzand, ongehoord en geen grond zijn mijn mening. Het parlement kon niet oordelen over deze ‘wetgeving’, bestuurlijk Nederland staat als éen m/v achter de maatregelen en het is aan de rechtspraak om te oordelen over de legaliteit.

Afsluiting stranden illegaal -8

De kustgemeenten willen sinds april te grote drukte op en bij de stranden en recreatiegebieden voorkomen. Dit stuk gaat over de stranden.

Dat in die situatie (mooi weer, buiten, ruimte) de verspreiding niet optreedt en dat de vermeende epidemie toen al afnam maken dit beleid sowieso onzinnig. We kijken nu naar de wettelijke kant van het sluiten van parkeerterreinen en wegen naar de kust met tekstkarren en boa’s.

In Zandvoort is de parkeergelegenheid niet gesloten (in mei), bij onder meer Bloemendaal aan Zee (P1 open sinds 16-5), Noordwijk, Scheveningen, Hoek van Holland, Ouddorp wel.

Aan de VR Kennemerland vroeg ik wat de grond is voor deze maatregelen. Het antwoord kwam hier op neer: de gemeente mag wegen af sluiten op basis van de wegenverkeerswet, in dit geval vanwege de veiligheid: de drukte leidt tot grotere kans op virusverspreiding.

Over de parkeerterreinen geen woord.

Hier mijn vraag aan Bloemendaal (klik erop voor antwoord en vervolgvraag.

Met

de maatregel is genomen door de gemeente [] om bezoekers te verminderen en drukte te voorkomen. Dit besluit is in lijn met het landelijk beleid.

‘In lijn met’ betekent: wij vinden dat we alles mogen, wanneer het past bij het nationale corona-beleid. Zo denkt ‘heel’ bestuurlijk Nederland erover, helaas.

 

Het beginsel is dat wegen niet afgesloten worden. Het kan alleen met een goede reden en dan moet een verkeersbesluit genomen en gepubliceerd worden.

De gemeenten Zandvoort, Bloemendaal, Katwijk en Noordwijk hebben zo’n besluit niet genomen sinds 16-3; andere plaatsen heb ik niet bekeken hier. Zoeken met filter verkeersbord C01 (gesloten verklaring) toont dat alleen de Gemeente Schiedam een verkeersbesluit nam, over de Maasboulevard.

In het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer staat dat de wegbeheerder een weg tijdelijk kan sluiten zonder verkeersbesluit (art. 34a en 35)

ingeval van de uitvoering van werken, opdooi, de doorweekte toestand van een weg [], dreigend gevaar of andere dringende omstandigheid van voorbijgaande aard.

De reden ‘drukte op stranden’ past daar niet in.

Bovendien zegt art. 37 dat een verkeersbesluit nodig is

indien de omstandigheden die tot de [] tijdelijke maatregel leiden van langere duur zijn dan vier maanden dan wel zich regelmatig voordoen.

 

Ook de noodverordening biedt geen grond voor het afsluiten.

Artikel 2.5 zegt dat de voorzitter gebieden en locaties kan aanwijzen waar het verboden is zich te bevinden.

De VR Hollands Midden geeft daar een ongehoorde draai aan en stelt

De volgende parkeerterreinen en aanlegplaatsen [] worden aangewezen als gebied voor eenieder verboden is zich in of met een motorvoertuig of vaartuig te bevinden.

Zo wordt een gebiedsverbod, gericht op personen omgetoverd naar een parkeer- en aanmeerverbod, gericht op voer/vaartuigen. Het parkeerverbod wordt door de burgemeester middels betonblokken preventief gehandhaafd, zie Stapeling verderop. Voor die actie is geen rechtsgrond.

De VRHM vaardigde ook het beruchte bollenvelden-besluit uit.

De VR Kennemerland begaat deze fout (omtoveren) niet, een woordvoerder antwoordde mij

[De wegen zijn] niet afgesloten op grond van (artikel 2.5 van) de Noodverordening COVID-19 van de Veiligheidsregio Kennemerland.

Conclusie: deze maatregelen, de handhaving en boetes hebben geen wettelijke basis, ze zijn illegaal.

Het sluiten van parkeergelegenheid is niet bij wet geregeld denk ik. Maar parkeren is een onmisbare schakel in het wegverkeer en sluiting is vergelijkbaar met wegafsluiting.

Wet Publieke Gezondheid -1

Wat staat in deze wet ?

Art. 6.4*

De voorzitter van de veiligheidsregio draagt zorg voor de bestrijding van een epidemie van een infectieziekte behorend tot groep A [CoViD-19 zit daarin – ten orechte] en is dan bij uitsluiting bevoegd om toepassing te geven aan de artikelen 34, vierde lid, 47, 51, 54, 55 of 56.

Artikel 34 betreft opneming ter isolatie, 47 besmetting gebouwen, 51-56 gaan over luchthavens.

Artikel 7.1*:

In de situatie geeft Onze Minister leiding aan de bestrijding en kan hij de voorzitter van de veiligheidsregio opdragen hoe de bestrijding ter hand te nemen, waaronder begrepen het opdragen tot het toepassen van de maatregelen, bedoeld in hoofdstuk V.

* Door mij leesbaar gemaakt m.n. door inkorten.

Hoofdstuk V gaat over melding door artsen, (gedwongen) opname van geïnfecteerden, Rechterlijke toetsing, Maatregelen gericht op [mogelijk besmette] gebouwen, goederen en vervoermiddelen, Havens en luchthavens (welke voorzieningen zijn daar nodig.

Dat zijn begrijpelijke regels bij een pokken-uitbraak.


Terzijde: de gewone griep valt niet in groep A,B of C, dus niet onder de meldingsplicht en de WPG.

MERS, SARS, pokken en polio zijn A naast CoViD-19. Hier zien een kras verschil tussen griep en corona; is dat gebaseerd op onderzoek ?


Wat de WPG voorschrijft gebeurt beperkt (alleen/vooral melden), terwijl de genomen maatregelen niet in die wet staan.

Een Amerikaanse arts:

Doorgaans zet je de zieken in quarantaine. We hebben nog nooit meegemaakt dat gezonde mensen ook in quarantaine moeten.

Deze idiote omkering bleef vreemd genoeg onopgemerkt. Als je ‘beleid’ maar gek genoeg is, raakt iedereen in verwarring.

Het is wel zo dat ‘waaronder begrepen’ de minister juridisch de ruimte geeft om andere maatregelen te nemen.

‘Noodverordening’ komt niet voor in deze wet.

Hoogleraar Wim Voermans over de WPG in een oproep aan het parlement een eind te maken aan de uitzonderingstoestand:

Maar om het hele land maanden plat te leggen, daar is die wet niet voor. Het hele idee achter de Wet publieke gezondheid is dat je in het uiterste geval via veiligheidsregio’s noodbevelen kunt geven, maar je kunt er eigenlijk geen vrijheidsrechten ‘achter de voordeur van de burger’ mee beperken. Daar hebben we het stelsel van de grondwettelijk gereguleerde uitzonderingstoestand van de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden voor. Toch gebeurt dat nu wel. Volgens de Wet publieke gezondheid mag je alleen bij de burger binnen in het kader van een quarantainemaatregel (waarvan dan het OM onmiddellijk op de hoogte moet worden gesteld). Met de model-noodverordeningen die nu worden gemaakt, gaan we nogal wat verder.

Waarom ‘achter de voordeur’ ? De grootste inbreuken geschieden buiten de woningen.

De Wet Veiligheidsregio -2

Op grond van artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s mogen regiovoorzitters toepassing geven aan -onder meer- de artikelen 172 tot en met 177 van de Gemeentewet, met uitzondering van artikel 176, derde tot en met zesde lid.

– 1 Die artikelen in de Gemeentewet 172-177 geven bevoegdheden aan de burgemeester. Omdat dat onvoldoende is bij (boven)regionale rampen worden de regiovoorzitters bevoegd.

[ Terzijde: Het is vreemd dat leentjebuur wordt gespeeld bij de Gemeentewet, in plaats van het opnemen van een aangepast art. 176 in de Wet veiligheidsregio’s. ]

In de corona-situatie is alleen art. 176 bijna relevant:

In geval van oproerige beweging, van andere ernstige wanordelijkheden of van rampen, dan wel van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan is de burgemeester bevoegd alle bevelen te geven die hij [] ter beperking van gevaar nodig acht. Daarbij kan van andere dan bij de Grondwet gestelde voorschriften worden afgeweken.

De andere situaties zijn nog minder van toepassing.

Oproer, wanorde, ramp? Er gebeurde van alles, maar dit niet. Bevoegdheden worden niet voor niets gekoppeld aan bepaalde omstandigheden. Het is niet aanvaardbaar dat een kabinet of wie dan ook daarmee gaat marchanderen.

Bovendien: De voorzitter VR is bij uitsluiting bevoegd (art. 39 WVR): de burgemeesters zijn daardoor niet bevoegd, zij moeten slechts geraadpleegd worden over voorgenomen maatregelen. Verderop merken we op dat zij via een mandaat bevoegd raken.

Ook moeten het 3e t/m 6e lid uitgezonderd worden, want daarin staat dat de gemeenteraad de voorschriften moet bekrachtigen in de eerstvolgende vergadering. Deze redelijke bepaling ontbreekt dus bij de noodverordening vanuit de veiligheidsregio; er is geen democratische controle, behalve een verslagplicht achteraf, dat stelt niets voor.

– 2 De wet gaat over rampenbestrijding, crisisbeheersing en geneeskundige hulpverlening bij rampen. Er staat niets over uitbraken, het woord epidemie of volksgezondheid komt er niet in voor. Dat is vreemd gezien artikel 6/7 in de WPG.

Definitie ramp: een zwaar ongeval of een andere gebeurtenis waarbij het leven en de gezondheid van veel personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate zijn geschaad of worden bedreigd []

De noodverordening 3-6

Laurent Staartjes schreef hier uitvoerig over.

‘Noodverordening’ komt niet voor in de wet- en regelgeving**

De autoriteiten zeggen dat artikel 176 van de Gemeentewet de noodverordeningen regelt.

Dit artikel zegt dat bij rampen de burgemeester algemeen verbindende voorschriften kan geven die ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar nodig zijn. Daarbij kan van andere dan bij de Grondwet gestelde voorschriften worden afgeweken.

Noodverordening is binnen bestuurlijk Nederland gekoppeld aan het mandaat van de burgemeester, niet de voorzitter van de veiligheidsregio.

De burgemeester is niet bevoegd bij verordeningen die niet door hem of haar binnen zijn/haar gemeente zijn vastgesteld.

De bevoegdheid tot bestuursdwang of last onder dwangsom staat [] niet in de Wet op de Veiligheidsregio’s. Dat betekent dat het opleggen van een dwangsom of bestuursdwang niet mogelijk was, tot 16 april. Toen werd dit tekort opgeheven middels artikel 34 in de Tijdelijke wet Covid-19.

Als de voorzitter van een veiligheidsregio (artikel 175/176 van) de Gemeentewet toepast is hij ook bevoegd om een last onder bestuursdwang op te leggen.

Last onder bestuursdwang  is een herstelsanctie: het bestuursorgaan roept een (rechts)persoon op om een overtreding terug te draaien. In de huidige context krijgt een restaurant de opdracht om (weer) te sluiten bij voorbeeld. Doet de eigenaar dat niet dan kan het bestuursorgaan het lokaal laten verzegelen. Het opleggen van zo’n last is een besluit met bekendmaking aan de overtreder. Deze krijgt een termijn om te herstellen, maar bij spoed kan de gemeente eerst optreden en dan bekendmaken.

De betrokkene kan bezwaar aantekenen bij het bestuursorgaan. Elke gemeente heeft daarvoor een bezwaarprocedure en een bezwaarcommissie die benoemd wordt door de gemeenteraad. De veiligheidsregio heeft beide niet, dus daar zit nog een lacune.

(Als het bestuursorgaan de klacht afwijst, dan kan de ondernemer in beroep gaan bij de bestuursrechter)

Misschien om deze reden hebben twee veiligheidsregio’s  (Hollands Midden 30-4 en Midden- en West-Brabant 23-3) besloten tot ‘mandatering handhaving Noodverordening’ zodat de burgemeesters kunnen besluiten tot het opleggen van bestuursdwang, en verwante handelingen. Waarom gebeurde dit in 2 van de 25 regio’s ?

Dit is rommelen met bevoegdheden. Hierboven merkte ik op “De voorzitter VR is bij uitsluiting bevoegd; de burgemeesters zijn daardoor niet bevoegd.” Het mandaat gaat hier tegenin.

Detail: De Tijdelijke wet geeft de veiligheidsregio alleen bevoegdheid voor last onder bestuursdwang. In het besluit van de Hollands Midden staan last onder bestuursdwang  en last onder dwangsom.  Midden- en West-Brabant gaf eerst mandaat voor ‘last onder dwangsom’ en moest dit een paar dagen later corrigeren naar ‘last onder bestuursdwang en last onder dwangsom’.


** Alleen in de Regeling domeinlijsten buitengewoon opsporingsambtenaar, sinds 28 maart.

De boa Openbare ruimte is belast met de opsporing van de strafbare feiten in de volgende wettelijke voorschriften 28a Artikel 443 Wetboek van Strafrecht, ook voor zover het gaat om overtreding van een noodverordening die [] verband houdt met het COVID-19-virus

Boete, strafbeschikking -7

De draconische maatregelen zijn gericht op twee groepen: bedrijven en burgers.
Voor de eersten (eigenaars en organisatoren) is bestuurlijke handhaving bedoeld. Zie elders op deze pagina.
Voor de burgers is het strafrecht de beste manier van handhaving, volgens het OM. Dit blijkt uit de notitie Beleid handhaving verbodsbepalingen Veiligheidsrisico’s van 26-3.

Strafrechtelijke handhaving is ook aangewezen in gevallen dat de verbodsbepaling gericht is tot de individuele burger en snelle normhandhaving een onmiddellijk effect dient te realiseren. In dergelijke gevallen zijn bestuursrechtelijke maatregelen minder aangewezen en/of effectief.

De toezichthouder kan/moet een proces-verbaal opstellen wegens overtreding van 443 WvS. Daarbij moet deze de verdachte wijzen op het recht om te zwijgen en de consultatie- en verhoorbijstand.
De processen-verbaal gaan naar het CJIB en worden dan door het CVOM beoordeeld. Als het pv en de zaak in orde zijn wordt een OM strafbeschikking uitgevaardigd.  Tot zover de notitie.

De meeste ontvangers van zo’n strafbeschikking zullen het bedrag betalen, terwijl er een alternatief is: de zaak voor laten komen bij de rechter. Met zo’n strafbeschikking worden verdachten verleid tot een vlotte afhandeling. Maar dat is alleen aan te raden als de overtreding helemaal vast staat en de straf redelijk lijkt. Met het accepteren van de beschikking erkent de verdachte haar schuld.
Juist bij overtreding van de noodverordening CoViD-19 is er alle reden om de zaak aan de rechtbank voor te leggen. Zijn de maatregelen redelijk, noodzakelijk, proportioneel en volgens de regels tot stand gekomen ?


Art. 443 WvS

Hij die een algemeen voorschrift van politie, krachtens de Gemeentewet in buitengewone omstandigheden door de burgemeester, de voorzitter van de veiligheidsregio of de commissaris van de Koning [] uitgevaardigd en afgekondigd, overtreedt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

 

Tjalling van der Goot (advocaat bij Anker & Anker) zegt dat het niet opvolgen van instructies strafbaar is.

Als instructies van deze bevoegde ambtenaren [] niet onmiddellijk worden opgevolgd, is sprake van een overtreding (artikel 443) [].

Kan iemand beboet worden als de toezichthouder een overtreding constateert of moet deze eerst opdracht geven om de regels te volgen? De politie:

In de meeste gevallen spreken we je eerst aan en waarschuwen we. Luister je niet, dan krijg je een boete.

Nog een signaal over de slappe bodem (Volkskrant 15 mei)

Een deel van de bekeuringen die zijn uitgeschreven voor te weinig afstand houden, zal vanwege fouten nooit bij overtreders op de mat belanden. Dat zegt vakbond BOA-ACP tegen de NOS. Tot nu toe zijn zeker 10 duizend bekeuringen uitgedeeld door de politie en handhavers omdat mensen te weinig afstand hielden. ‘Hoe is een agent of boa tot de conclusie gekomen dat mensen geen anderhalve meter uit elkaar staan? Dat moet beschreven worden in een proces-verbaal’, zegt vakbondsvoorzitter Richard Gerrits.

Verbluffende stapeling van regels en handhaving; 1,5m

Zie hoe bestuurlijk Nederland de bewegingsvrijheid inperkt, in vier lagen.

Het doel is: Afstand houden, en niveau nul is dan: een onderbouwd advies van de overheid voor iedereen. Dat is tegen de aard van bestuurlijk Nederland en het werd een gebod of regels in de noodverordening.  [niveau 1]

Ik begin bij artikel 2.2

Het is verboden zich in de publieke ruimte in een groep van drie of meer personen op te houden zonder tot de dichtstbijzijnde persoon in die groep en andere personen een afstand te houden van ten minste 1,5 meter.

Als je dit bewerkt tot

Iedereen moet altijd een afstand houden van ten minste 1,5 meter tot alle andere personen.

dan ben je klaar, afgezien van aanvullingen en uitzonderingen. Een idiote regel, maar hij is helder.

[update oktober: Kennelijk lezen de bestuurders IBOP 😉 want artikel 58f van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 zegt

1. Degene die zich buiten een woning ophoudt, houdt een veilige afstand tot andere personen.

einde update]

 

Onze regering houdt niet van eenduidige regels (wel van micromanagen) dus maakten ze er een artikel bij: 2.1 over samenkomsten. [niveau 2]

1 Het is verboden om samenkomsten te laten plaatsvinden, te (laten) organiseren of te laten ontstaan, dan wel aan dergelijke samenkomsten deel te nemen.

2 Het eerste lid is niet van toepassing op de volgende samenkomsten, mits de aanwezigen te allen tijde ten minste 1,5 meter afstand houden tot de dichtstbijzijnde persoon: []

De combinatie van 2.1 en 2.2 roept een heleboel vragen op, die bespreek ik misschien later. Bekend -en belangrijk voor de lezer- is dat 2.1 de geplande samenkomsten (=bijeenkomsten) verbiedt en 2.2 de spontane.

Desondanks is het met de combinatie voldoende duidelijk dat afstand houden moet.

Maar we leven in een interessante tijd. Bestuurlijk Nederland gaat ook preventief handhaven: allerlei situaties zijn verboden waarin afstand houden moeilijk is, voor een onbepaalde tijd: (theaters, musea, sport) of in de weekeinden (strand, winkelstraten). [3]

In sommige gevallen worden zelfs de wegen naar het strand gesloten, en de parkeerterreinen. [4]

Zo leidt een hygiëne-regel (afstand houden) tot een forse inperking van de bewegingsvrijheid. Ook al is het in Nederland minder erg dan het generale huisarrest in andere landen.

Bestuurlijk Nederland beseft blijkbaar niet dat de anderhalve meter onmogelijk is. Als je het toch wil afdwingen -het moet dus het kan- dan raak je in een onmogelijke positie*:

Enerzijds passeren miljoenen elkaar dagelijks op kortere afstand > het beleid faaltzichtbaar,

anderzijds neem je tirannieke maatregelen > iedereen kan zien dat de tirannie realiteit is.

* Dit geldt ook voor de energietransitie.

Geen basis voor anderhalve meter

Waarom anderhalve meter ? Wat was de wetenschappelijke basis voor deze ingrijpende maatregel?

De Britse hoogleraar Robert Dingwall kwam tot de conclusie dat het niet meer is dan een vuistregel.

In de VS onthult FoxNews

Het onderzoek dat de basis van die wet vormde, bleek afkomstig te zijn van de Duitse geleerde Carl Flügge. Hij besloot dat twee meter afstand nodig was om de verspreiding van ziekteverwekkers te vertragen. De CDC nam dit idee over. Wat de CDC ons niet vertelde, was dat Flügge al bijna 100 jaar dood was. Zijn onderzoek naar social distancing werd gepubliceerd in de 19e eeuw, voordat de meeste Amerikanen elektriciteit of binnenshuis sanitair hadden. Dus waarom is dat onderzoek nog steeds richtinggevend voor het volksgezondheidsbeleid in 2020? Het is een goede vraag, en experts lijken geen goed antwoord te hebben.

Bekend maken, waarom?

Bij alle wetgeving is bekendmaking een knelpunt. Een nieuwe of gewijzigde wet geldt voor kleine of grote groepen en in specifieke gevallen. Niemand leest officielebekendmakingen.nl of de borden aan het gemeentehuis, men raakt op de hoogte middels de media of brancheorganisatie. Niet ideaal maar daar valt mee te leven.

De CoViD-19 noodverordeningen daarentegen gelden voor alle burgers, in alle gevallen en onmiddellijk, met reusachtige gevolgen. Je zou verwachten dat de overheid veel publicitaire moeite doet. Dat is niet gebeurd.

Er kwamen Kamervragen over.

Op welke plek worden crisismaatregelen gepubliceerd ?

Minister Grapperhaus:

De maatregelen worden gepubliceerd op rijksoverheid.nl en via andere communicatie-uitingen van het Rijk. Op grond van artikel 176, eerste lid, laatste zin, van de Gemeentewet maakt de voorzitter van de veiligheidsregio de noodverordening bekend op een door hem te bepalen wijze, zoals www.overheid.nl en de website van de veiligheidsregio.

Dat is onvoldoende. Op de site van regio Amsterdam-Amstelland is niets te vinden over CoViD-19, andere regio-sites heb ik niet bekeken.

Daarnaast is blijkt uit een andere Kamervraag dat publicatie (in officiële bekendmakingen) vereist is.

Klopt het dat niet alle noodverordeningen waren gepubliceerd op het moment dat zij gehandhaafd werden? Wat is uw reactie hierop?

FG: Handhaving is alleen mogelijk als daar een deugdelijke wettelijke grondslag voor is. Mocht handhaving toch ten onrechte hebben plaatsgevonden, dan is het aan een onafhankelijke rechter om daarover een uitspraak te doen.

Er is meer.

Klopt het dat de nieuwe aanvullende maatregelen [] van 15 maart gebaseerd waren op artikel 7 lid 1 wet publieke gezondheid en de wet op de veiligheidsregio’s? Waarom is de wettelijke grondslag voor de bevoegdheid niet vermeld in de brief?

Ja. De grondslag van de brief van de Minister [] is inderdaad artikel 7, eerste lid, van de WPG en artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s. Het niet vermelden van de wettelijke grondslag was een omissie.